Lag baOmer

Sjalom, lieve kinderen!
Herinneren jullie nog dat we het vorig jaar over de Omertelling hebben gehad? Laten we ons geheugen maar weer eventjes opfrissen. Het uitvoeren van deze telling komt uit Wajikra/Leviticus hoofdstuk 23, de verzen 15 en 16. Daar staat dat je zeven volle weken, dat zijn negenenveertig dagen, moet tellen. Deze telling begint op de tweede dag van Pesach en eindigt op het feest Sjawoe’ot. Waarom tellen we de Omer? Op Sjawoe’ot herinneren we dat de Eeuwige ons Zijn Tora heeft gegeven. Het tellen tot vijftig is als het aftellen tot je verjaardag of een ander groot feest, waarbij de Tora het prachtigste cadeau is!
Nu we weer snappen hoe de Omertelling werkt, hebben we het deze maand over Lag baOmer. In het Hebreeuws is het woord ‘lag’ de afkorting voor het getal ‘drieëndertig’. Dit komt doordat elke letter van het Hebreeuwse alfabet ook een getal voorstelt. De letter ‘l’ (lamed) stelt, behalve de letter, ook het getal ‘dertig’ voor. En de letter ‘g’(giemel) stelt, behalve de letter, ook het getal ‘drie’ voor. BaOmer betekent: in of van de omer. Dus Lag baOmer betekent: de drieëndertigste dag van de omer. Maar wat is daar nou zo bijzonder aan?
Op Lag baOmer vieren we het einde van een plaag. Die vond plaats in de tijd dat de beroemde rabbijn Akiva leefde, namelijk in de tweede eeuw van de gangbare jaartelling. De plaag was onder zijn volgelingen en doodde 24.000 van hen. Volgens het Jodendom had de Eeuwige deze plaag gestuurd, omdat de studenten geen respect toonden voor elkaar. Het is ook mogelijk dat zij stierven door de Romeinen, die een einde aan het Jodendom probeerden te maken. Het stoppen van het sterven van duizenden Torastudenten is natuurlijk reden voor een groot feest in Israël!
Een week voordat het Lag baOmer is, zie je heel veel mensen, jong en oud, met van alles sjouwen dat kan branden. Ze verzamelen dat om daarna op de Lag baOmer de hele avond en nacht samen met hun familie en vrienden bij het kampvuur te zitten, te zingen en te lachen. Ook lopen kinderen met pijlen (met rubberen punt) en boog, als een herinnering aan de strijd onder de leiding van rabbijn Simon bar Kochba, waarbij dappere Joden tegen de wrede Romeinen vochten, in het jaar 132 van de gangbare jaartelling. Het vuur kun je zien als de lessen van licht die rabbi Akiva en zijn leerlingen leerden in de tijd van de Romeinse overheersing. Ook is het een vrolijk gezicht: het vuur knappert en de vonkjes vliegen de lucht in. Iedereen is blij: we zijn vrij en mogen in Israël leven! Tijdens de nacht van Lag baOmer mogen veel kinderen zelfs heel laat opblijven… Wat een feest!
Noa Naor, Jeruzalem
Vers om te onthouden: “Yeshua sprak opnieuw en Hij zei tegen hen: “Ik ben het licht van de wereld. Wie Mij volgt, zal nooit in de duisternis wandelen, want hij zal het licht van het leven hebben” (Jochanan/Johannes 8:12).